Bij multiple sclerose wordt vaak onderscheid gemaakt tussen groepen mensen met vooral aanvalsgewijze klachten (relapsing) of vooral progressieve klachten. Het is onduidelijk in hoeverre deze groepen echt van elkaar verschillen, of dat we vooral naar klachten van één en dezelfde ziekte kijken die zich op verschillende manieren kan uiten.
Katelijn Blok en Romy Klein Kranenbarg vergeleken bloed- en hersenvochtbiomarkers tussen mensen met een aanvankelijke relapsing of primair progressieve MS-diagnose die gevolgd werden in het Erasmus MC – MS Centrum ErasMS. Dit onderzoek werd gepubliceerd in het European Journal of Neurology. Niet het aanvankelijke ziektebeeld, maar eerder de mate van het optreden van ontstekingsaanvallen en het niveau van lichamelijke beperking bleken samen te hangen met de verdeling van biomarkers. Hiernaast vonden Jeen Engelenburg en Aletta van den Bosch geen verschillen in de verdeling van lymfocyten en axonale schade gerelateerd aan het initiële ziektebeeld, zoals onderzocht bij hersendonorweefsel van De Nederlandse Hersenbank.
Deze observaties versterken het idee van MS als één ziekte van het centrale zenuwstelsel. Dit is een belangrijk inzicht bij het nadenken over nieuwe behandelmogelijkheden. Dit onderzoek werd uitgevoerd door het Erasmus MC in samenwerking met het Albert Schweitzer ziekenhuis, het Nederlands Herseninstituut (Inge Huitinga) en de University of California, San Francisco (Ahmed Abdelhak). Het onderzoek werd ondersteund door Stichting BeterKeten, Nationaal MS Fonds en Stichting MS Research.